‘Je liet ons geloven dat we uit zouden groeien tot een topclub’

MÁLAGA - Het is inmiddels ruim een jaar geleden dat Sheikh Abdullah bin Nasser bin Abdullah Al-Ahmed Al-Thani gesignaleerd werd in Spanje. Het mediateam van Málaga maakte een video waarop te zien was hoe de Qatarese eigenaar van de club breedlachend handen schudt en knuffelt met de spelers. Sindsdien is Al-Thani nauwelijks meer gezien in Zuid-Spanje en veel valt er ook niet meer te lachen, want degradatie uit LaLiga is inmiddels een feit voor Málaga.

Door Chris Meijer

“Je bracht ons van de hemel naar de hel”, lieten de fans van Málaga onlangs in een statement aan Al-Thani weten. Een kleine acht jaar geleden ging er een golf van enthousiasme door de Zuid-Spaanse kustplaats. Al-Thani nam in 2010 het destijds noodlijdende Málaga over en had grootse plannen met de club. “We willen eerst onze positie in LaLiga consolideren en hebben daarna hogere doelen. Er moet weer hoop en opwinding komen voor de supporters”, beloofde de gefortuneerde zakenman, die lid is van de koninklijke familie van Qatar. Al-Thani is voorzitter van de Nasser Bin Abdulla & Sons Group, een van de grootste private bedrijven van Qatar, en is lid van het bestuur van de Doha Bank. Volgens CNN behoort hij tot de rijkste mensen van het Midden-Oosten en de 36 miljoen euro die hij voor Málaga op tafel moest leggen, leek dan ook een schijntje. Hij had tevens wilde plannen om een nieuw stadion te bouwen voor de club, dat plaats moest bieden aan 65.000 toeschouwers. “Het zal tijd kosten, maar op termijn moeten we bij de beste clubs van Spanje horen.”

Champions League-succes
Al-Thani zette die ambities vanaf de zomer van 2010 ook kracht bij door de portemonnee te trekken om de selectie te versterken. Voor een slordige 74 miljoen euro haalde hij, verspreid over vier transferwindows, onder meer Santi Cazorla, Jéremy Toulalan, Nacho Monreal, Isco, Joris Mathijsen, Ruud van Nistelrooij, Martín Demichelis, Salomón Rondón, Júlio Bapista en Eliseu naar Málaga. Met de versterkte selectie vond de club op sportief gebied de weg omhoog en in seizoen 2011/12 eindigde Málaga als vierde, waarmee men zich kwalificeerde voor de voorronde van de Champions League. In de play-off rekende de ploeg van toenmalig trainer Manuel Pellegrini af met Panathinaikos, waardoor voor het eerst in de clubhistorie de groepsfase van het miljardenbal werd behaald. Málaga overleefde een groep met Zenit, AC Milan en Anderlecht, waarna een ronde verder FC Porto werd uitgeschakeld.

De datum 9 april 2013 zal bij veel supporters van Málaga in het geheugen gegrift staan. Nadat de heenwedstrijd van de kwartfinale van de Champions League tegen Borussia Dortmund in Zuid-Spanje in 0-0 geëindigd was, kwam Málaga in Duitsland tot twee keer toe op voorsprong. Met het ingaan van de blessuretijd stond de club nog met 1-2 voor, maar in de laatste minuten bogen die Borussen de stand om: 3-2. Zo werd Málaga in het zicht van de halve finales uitgeschakeld en spatte de droom uiteen, maar het leek voor de fans een voorbode voor wat er nog zou komen. Na Paris Saint-Germain en Manchester City leek Málaga de volgende club te worden die zich met geld uit het Midden-Oosten in de Europese top zou gaan melden. Op dat moment begon echter al beetje bij beetje duidelijk te worden dat het er bij Málaga iets anders aan toe zou gaan dan in Parijs en Manchester.

Betalingsachterstand
Op het moment dat Málaga op dramatische wijze de halve finales van de Champions League misliep, wist de club al dat men het jaar daarna in ieder geval niet Europees actief zou zijn. De UEFA sloot de club een jaar uit van Europees voetbal en deelde een geldboete van 300.000 euro uit, omdat men niet voldeed aan de Financial Fair Play-regels. Al-Thani bleek iets te ambitieus van start te zijn gegaan in de kustplaats en kreeg de begroting niet rond, waardoor Málaga in seizoen 2013/14 niet deel mocht nemen aan de Europa League. In de zomer van 2012 moest de club Cazorla (voor negentien miljoen naar Arsenal) en Rondón (voor negen miljoen naar Rubin Kazan) al verkopen om een financiële crisis af te wenden, terwijl Monreal halverwege seizoen 2012/13 voor tien miljoen naar Arsenal vertrok. Málaga zag zich gedwongen om spelers te verkopen, omdat de club op dat moment al een betalingsachterstand had. In januari 2012 kreeg Málaga een transferverbod, nadat men verzuimde om Osasuna, Valencia en Villarreal tijdig te betalen voor Monreal, Isco en Cazorla.

Men verzuimde niet alleen om andere clubs te betalen, maar slaagde er ook niet om tijdig de salarissen uit te keren. Vier spelers diende in eerste instantie een klacht in bij de Spaanse voetbalbond (RFEF), maar trokken die uiteindelijk terug nadat Málaga beloofde om alsnog over de brug te komen. In november 2012 bleek dat de betalingsachterstand aan de werknemers inmiddels was opgelopen tot tien miljoen. Het betekende dat Málaga aan het einde van het succesvolle seizoen 2012/13 de laatste sterspelers noodgedwongen moest verkopen. Real Madrid haalde Isco voor dertig miljoen op, terwijl Toulalan voor vijf miljoen naar AS Monaco vertrok. Zo waren alle spelers die in de eerste ambitieuze tranferwindows waren gehaald binnen een mum van tijd alweer vertrokken en kon Málaga in de zomer van 2013 weer helemaal opnieuw beginnen. Maar hoe kan een van de rijkste mensen van het Midden-Oosten het zover laten komen?

De voornaamste verklaring hiervoor is dat Al-Thani zijn project in Málaga te ambitieus begon. De club strooide met geld om spelers binnen te halen en hen een aanvaardbaar salaris te bieden. Málaga is nooit een hoogvlieger geweest en kon zich deze uitgaven in principe niet veroorloven. Al-Thani was niet van plan om de financiële gaten te dichten zoals zijn collega’s dat bij Manchester City en Paris Saint-Germain doen en zag dat de schuld langzaam de pan uitrees, doordat er tientallen miljoenen verlies werd gedraaid en de club daardoor niet voldeed aan de Financial Fair-Play regels. Omdat Málaga er op financieel vlak belabberd voor stond, had de sjeik al snel een constructie bedacht om orde op zaken te stellen. Al-Thani verkocht 49 procent van de aandelen aan hotelketen BlueBay. Er werd vervolgens een nieuw bedrijf opgezet, dat de aandelen van de Qatarese zakenman voor één euro overnam en zorg moest dragen voor de schulden en de openstaande belastingen. Daarnaast beloofde Al-Thani een injectie van dertig miljoen om schulden af te betalen. BlueBay zou de dagelijkse leiding over de club krijgen, terwijl de gefortuneerde Qatarees de voorzitter bleef.

Het eerste dat de hotelketen deed, was de bezem door de organisatie halen. Dure spelers en trainers werden eruit gewerkt, om de begroting weer op orde te krijgen. Málaga bleek jarenlang structureel een te grote broek te hebben aangetrokken, waardoor de schuld in sneltreinvaart toegenomen was. Dankzij de tussenkomst van BlueBay leek de club weer in een rustiger vaarwater terecht te komen, al moest men sportief wel een pas op de plaats maken. Het duurde echter niet lang voordat Al-Thani overhoop kwam te liggen met BlueBay, dat vervolgens uit de club gewerkt werd. De preses van Málaga ontkende dat er een deal had plaatsgevonden met de hotelketen, waarna hij de aandelen in de club onderbracht bij een ander bedrijf. Beide partijen stonden al verschillende keren tegenover elkaar in de rechtszaal, maar tot een oplossing kwam het nog niet. Voorlopig is Al-Thani nog altijd de president van Málaga, al laat hij zich dus nauwelijks zien in Spanje.

Boycot
Al-Thani zou Qatar momenteel niet kunnen verlaten, door de boycot van Bahrein, Saudi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten en Egypte. Die landen beschuldigden Qatar van inmenging in hun binnenlandse politiek en het steunen van terroristische organisaties, wat het oliestaatje op economische en politieke maatregelen kwam te staan. “Ik moet nu solidariteit tonen met mijn thuisland. Daarom ben ik niet van plan om te vertrekken, zolang het land lijdt onder een onrechtvaardige boycot als deze”, vertelde Al-Thani in gesprek met La Opinión de Málaga. Zijn afwezigheid zorgt voor woede bij de supporters, die van mening zijn dat de Qatarees de club in de steek gelaten heeft. “Je liet ons geloven dat we uit zouden groeien tot een topclub, een niveau dat de club nog nooit heeft ervaren. Maar als een kaartenhuis stortte het allemaal in elkaar, wat geresulteerd heeft in de chaotische situatie van nu”, schreven de fans in een open brief. Málaga is op dit moment niet terug bij af, maar juist nog verder weg dan toen Al-Thani in Zuid-Spanje arriveerde.

I apologize to all supporters
To this entity
I pledge and God willing
The team will return to its core position and within the elite teams #VamosMálagacf #CorazonMálagacf #SiempreMálagacf #AlwaysMálagaCf #Málaga ?????????? pic.twitter.com/fbGxEMER9g

— Abdullah N Al Thani (@ANAALThani) April 20, 2018

Vorige week donderdag bezegelde Levante dankzij een 1-0 overwinning het lot van Málaga, dat zo vijf wedstrijden voor het einde van de competitie al gedegradeerd was. Daags na het duel in Valencia schuifelde de selectie van los Boquerones (wat de ansjovissen betekent, de lokale specialiteit) stil de persruimte in. Aanvoerder Miguel Torres las een statement voor, waarin de selectie en staf hun excuses aanboden en beloofden om zo spoedig mogelijk terug te keren in LaLiga. Eerder had Al-Thani vanuit Doha al zijn spijt betuigd aan de fans via Twitter, zijn favoriete manier van communiceren sinds hij niet meer in Spanje komt. “Ik beloof dat de club terugkeert op het niveau waar we horen en bij de elite van Europa zal gaan behoren”, schreef Al-Thani. Zijn excuses werden echter weinig enthousiast ontvangen door het grootste gedeelte van de fans, die hem vriendelijk verzochten om af te treden.

Al-Thani zou er echter niet over piekeren om de club te verkopen, zo liet hij in verschillende interviews doorschemeren. “Voor mij is de club alles, het is mijn leven. We hopen de club op termijn in de top van LaLiga te zien. Het is niet de bedoeling dat we een te grote sprong maken en dan weer terugvallen. We willen weer in de Europa League of de Champions League spelen”, zei hij in 2016 tegenover Málaga TV. In een recenter interview met La Opinión de Málaga voegde hij eraan toe dat hij de steun van de politiek mist. “Waarom is de burgemeester nooit aanwezig bij een training? Waarom betalen we meer belastingen dan clubs in Baskenland, bijvoorbeeld? Ik ben op de hoogte van alles gebeurtenissen in Málaga. Het is een project voor de lange termijn, we willen nog altijd bij de elite van Europa horen. We moeten een modelclub in Europa worden.”

De vraag is hoe Al-Thani zal omgaan met de degradatie uit LaLiga. Feit is dat Málaga niet het enige ambitieuze plan van de gefortuneerde zakenman is dat voorlopig nog niet is gerealiseerd. Zo arriveerde hij in Málaga met het idee om de haven grondig te renoveren, maar daar is voorlopig nog niks van gekomen. Men denkt dat het feit dat de lokale autoriteiten niet altijd hebben meegewerkt aan de ambitieuze plannen van Al-Thani weleens een motivatie kan zijn geweest om de investeringen in de club op een laag pitje te zetten. De afwezigheid van de sjeik heeft in ieder geval geleid tot het huidige rampseizoen, waardoor Málaga na tien jaar weer terugkeert in de Segúnda. Op één vlak behoort Málaga wel tot de Spaanse top: de salarissen van het bestuur. Het bestuur ontving vorig seizoen volgens Marca totaal 1,44 miljoen. Een geplande salarisverhoging werd uiteindelijk geschrapt door protesten van supporters. Toevallig behoren Al-Thani en drie van zijn kinderen tot het bestuur...