Wytse van der Goot is hard, maar goudeerlijk voor collega-commentatoren: ‘Nee, ik ga niet zeggen wie’
Wytse van der Goot ergert zich wel eens aan zijn collega-commentatoren, zo vertelt hij bij De Perstribune van Omroep Max. De commentator van Ziggo Sport geeft ook aan wat hij irritant vindt aan zijn collega’s, zonder daarbij namen te noemen.
Van der Goot geldt inmiddels als een van de meest gewaardeerde voetbalcommentatoren op de Nederlandse televisie. Afgelopen dinsdag verzorgde hij nog het commentaar bij Arsenal - Real Madrid (3-0) in de Champions League. Ook is hij presentator bij het programma Rondo.
Bij De Perstribune wordt Van der Goot gevraagd of hij zich ook wel eens stoort aan zijn collega’s, wanneer hij naar hun verslaggeving luistert. “Ja, heel vaak”, reageert hij. “En nee ik ga niet zeggen wie”, lacht hij meteen.
Van der Goot geeft vervolgens enkele voorbeelden. “Nou, te veel praten. Te veel gebruik van het woord ‘ik’. Te veel de voornaam of de achternaam van spelers”, somt hij op. “Op een gegeven moment weet ik die voornaam wel.”
“Ik ben heel kritisch op mezelf, dus ik vind dat ik daardoor ook kritisch op anderen mag zijn. Je hoeft sowieso niet elke speler aan de bal te benoemen natuurlijk, dat soort dingen. Maar dat is echt muggenziften.”
“Ja, maar ik wil hier wel even iets bij zeggen. Ik vind dit vak zó verschrikkelijk leuk, dat ik er ook heel veel energie in stop, om naar collega’s te luisteren en me af te vragen hoe zij het doen. Dan vind ik dus vanzelf ook dingen minder goed.”