AZ praat met aanvoerder over aflopend contract: ‘Denk dat we eruit gaan komen’

Ron Vlaar keerde drie jaar geleden na negen jaar afwezigheid terug bij AZ en was in zijn eerste twee seizoenen een stabiele factor in de verdediging van de Alkmaarders. In de huidige voetbaljaargang kwam hij, mede door blessureleed, minder aan spelen toe dan hij eigenlijk had gewild, maar Vlaar gaat er alsnog van uit dat zijn aflopende contract verlengd zal worden.

“Ik heb het gevoel dat we eruit gaan komen. Ik heb het naar mijn zin en ben op mijn plek bij AZ. We hebben ook gesproken over een carrière na het voetbal. In welke rol dat zou zijn, dat weet ik nog niet. Ik wil hier gewoon graag blijven. Ik denk dat de club heel stabiel is en een duidelijke structuur heeft. Ik kan dus heel veel leren en ik denk dat ik ook zeker wat te bieden heb. Volgend seizoen gaan we kijken wat daarbij past”, laat de 33-jarige aanvoerder weten via de officiële kanalen van zijn club.

Vlaar geeft aan dat hij zich zijn eigen seizoen anders had voorgesteld, meer had willen spelen en fitter had willen zijn. Op het moment dat hij er weer klaar voor was om te spelen, stond de verdediging van het elftal van John van den Brom echter goed: “Toen heb ik geduld moeten hebben. Ik heb gas gegeven op de training. Niet alleen voor mezelf, maar ook voor de andere jongens die wél speelden. Concurrentie maakt je beter. Het gaat om de club. Dat heeft me dan ook geen moeite gekost en ik ben daar ook nog nooit gefrustreerd over geweest.”

AZ beleeft met een knappe derde plek in de Eredivisie een prima seizoen, maar liet onlangs in de bekerfinale de kans liggen om het jaar ook met zilverwerk af te sluiten. Vlaar is ondanks deze domper toch tevreden over de prestaties van zijn ploeg: “We hebben heel goed voetbal laten zien en het publiek vermaakt. Dat was een van onze doelstellingen en ik denk dat dat goed gelukt is. Natuurlijk kan het altijd beter. Ik merk ook aan de groep dat er meer inzit en er dingen voor verbetering vatbaar zijn. Dat is een uitdaging. Het is goed om te proeven dat de groep daarmee bezig is.”