De vloek van de Feyenoord-back
Zondag 31 januari 2010. Met de trein onderweg naar Feyenoord - Ajax bespreek ik met mijn vader de kansen van Feyenoord deze middag. "Die Stefan de Vrij speelt, zou hij Luis Suarèz wel aankunnen?", vraag ik hem. Mijn vader, 61 jaar inmiddels, heeft al meer Klassiekers bijgewoond dan ik wedstrijden in totaal, en hij was afgelopen woensdag net zo onder de indruk van die jonge rechtsback als ik. Hij zou dit moeten weten. "Is er iemand in de Eredivisie die dat kan? Ik denk dat hij het heel lastig gaat krijgen."
Twee uur later bestaat er geen twijfel meer over de capaciteiten van De Vrij. Suarèz raakt gefrustreerd, en hoewel hem een penalty onthouden wordt, is het opvallend met welk gemak De Vrij hem van het Feyenoord-doel weerhoudt. Zo simpel zelfs, dat Luis uit tactisch oogpunt maar op rechts gaat spelen, tegenover Tim de Cler. Daarnaast valt De Vrij af en toe nog aan.
Gezegend met het historisch besef dat Feyenoord er een sport van maakt zoveel mogelijk matige rechtsbacks op te stellen vraag ik me af of dit dan eindelijk de jongen is waar we in de verdediging al zo lang op wachten. De afgelopen tien jaar passeerden Chung-Gug Song, Pieter Collen, Brett Emerton, Alexander Östlund, Serginho Greene, Dwight Tiendalli, Kelvin Leerdam en Theo Lucius de revue, en uit deze groep was alleen Emerton een succes. Maar hij speelde liever als middenvelder.
Dat komt door de wat ik pleeg te noemen 'De Vloek van de Back', waarschijnlijk ooit uitgesproken door voormalig international en huidig belastingfraudeur Ulrich van G. Populair bij het Legioen, gevreesd door linksbuitens en gehaat door scheidsrechters, maar altijd een echte prof die zich ten allen tijde inzette. Zijn carrière eindigde in mineur; Feyenoord won de UEFA Cup, maar hij kon dat seizoen bijna geen wedstrijd meespelen.
Östlund begon goed, maar kreeg een terugval, in één actie te omvatten. Tegen Rapid Boekarest laat hij een simpel te controleren bal onder zijn voet doorschieten, en uit die misser valt de goal die Feyenoord uitschakelt in de UEFA Cup. De Vloek van de Back. Tiendalli begon verschrikkelijk, speelde amper, kreeg afgelopen seizoen de kans, deed het aardig maar was nooit de uitblinker, nooit de speler die bij Utrecht zo'n mooie toekomst voorspeld kreeg. Ondertussen bloeit hij op bij Twente. De Vloek van de Back.
Dit seizoen begon nog goed met Dani Fernandèz, door Mario Been meegenomen van NEC. Hij bleek degelijk, aanvallend bekwaam en verdedigend sterk. Maar een flinke blessure zorgt ervoor dat hij de rest van dit seizoen waarschijnlijk niet meer in actie komt. De Vloek van de Back. Het gat dat hij liet vallen werd opgevuld door Kelvin Leerdam, die nooit echt een verdediger is geweest en per wedstrijd vijftien overtredingen nodig heeft om zijn tegenstander af te stoppen. Hij is veel te onzeker om ooit tegenover iemand als Suarèz te kunnen presteren. De Vloek van de Back.
"Zou Bert van Marwijk nog een rechtsback zoeken?" vraagt mijn vader. "Laten we daar maar even mee wachten tot we gevrijwaard zijn van De Vloek", antwoord ik, en hij knikt.