Beste bezoeker, je bent op een artikel over wedden terechtgekomen, maar je bent niet oud genoeg om deze content te lezen.

Beste bezoeker, je bent op een artikel over wedden terechtgekomen, maar je hebt eerder aangegeven deze content niet te willen zien.
 

Om content over online kansspelen volgens wet- en regelgeving te tonen, willen we zeker weten tot welke leeftijdsgroep u behoort.

Door je keuze te maken bevestig je dat je je bewust bent van de risico’s van online kansspelen en dat je momenteel niet bent uitgesloten van deelname aan kansspelen bij online kansspelaanbieders.

Van dromen over De Kuip naar het theater met een podcast: ‘Nooit verwacht’

Laatste update:

Een voetbalcarrière kan raar lopen. Zo is het succesverhaal van Denzel Dumfries, die zich opwerkte van de amateurs naar het internationale topvoetbal, de afgelopen jaren honderden keren verteld. In de rubriek Nachtkaarsen zoomt Voetbalzone juist in op de andere kant van de medaille, door in gesprek te gaan met voormalig toptalenten die de torenhoge verwachtingen niet hebben waargemaakt. In deze derde editie spreken we met SteDoCo-doelman Maarten de Fockert (28), die twee jaar geleden een punt zette achter zijn profcarrière. Tegenwoordig voorziet de sluitpost met de Cor Potcast wekelijks duizenden mensen van luisterplezier.

Door Wessel Antes

24 augustus 2023. De Fockert, met voetbalvrienden Thomas Verhaar en Bart Vriends aan zijn zijde, verlaat het podium van het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam onder begeleiding van een daverend applaus. Ruim 1.500 aanwezigen hebben zojuist genoten van een recept dat zij wekelijks voorgeschoteld krijgen: gesprekken over allerlei onderwerpen uit de voetballerij, vaak met een gezonde dosis humor. Maar waar De Fockert en zijn kompanen tegenwoordig een theater uitverkopen met hun Cor Potcast, had de Maaslander in zijn jeugd hele andere dromen.

Als kind bracht De Fockert veel tijd door met zijn oudere broer. “We waren vrijwel altijd aan het voetballen, gewoon omdat we dat leuk vonden. Achteraf gezien deden we dat op jonge leeftijd al best wel serieus, want die extra trainingen met mijn broer hebben mij zeker een betere keeper gemaakt. De echte droom om prof te worden kwam pas toen ik van MVV ’27 naar Feyenoord ging.” In 2005 bemachtigde De Fockert met zijn keeperstalent een plaatsje in de befaamde jeugdopleiding van de Stadionclub. “Het moment dat ik daadwerkelijk bij Feyenoord mocht voetballen zal ik nooit meer vergeten, ik was zo trots toen ik dat aan mijn broer kon vertellen.”

Of de doelman vooraf wist waar hij aan begon? “Je hebt geen idee”, aldus De Fockert. “Onze vakantie was al geboekt, dus ik sloot iets later aan en moest direct een oefenwedstrijd keepen. Ik kwam aan bij Feyenoord met een gigantische zak kleding en vanaf dat moment was mijn leven anders. Je gaat vier keer per week trainen en speelt op zaterdag wedstrijden. Heel mijn leven stond ineens in het teken van voetbal, maar dat gold ook voor mijn ouders, broer en zus.”

“Alles wat ons gezin destijds bezig hield was wel belangrijk, maar als er prioriteiten gesteld moesten worden, ging Feyenoord voor”, herinnert De Fockert zich. “Want afzeggen was geen optie. Het is tenslotte Feyenoord. Hoewel mijn ouders altijd hebben geprobeerd om die aandacht zo goed mogelijk te verdelen, heb je als kind niet door wat voor belasting dat eigenlijk is. Uiteindelijk is het een agenda die altijd leidend is. Met mijn zus heb ik dat later weleens besproken, want voor haar is dat als puber best lastig geweest. Ze heeft niets met voetbal, maar voetbal was wel altijd het dominante gespreksonderwerp thuis.”

De Fockert weet nog precies wanneer hij voor het eerst last kreeg van prestatiedruk. “Ik kwam binnen bij Feyenoord in de E3, een samengesteld elftal met jongens die wat kleiner waren of langer de tijd kregen om te rijpen. Verder had je de E-Top (een mix van de E1 en E2, red.) die uitkwam op het hoogste jeugdniveau van Nederland. Een van de keepers daaruit koos er op een gegeven moment voor om zijn schoolvoetbal boven een toernooi bij Ajax te kiezen, waardoor ik halverwege het seizoen de kans kreeg. Keepen in de E-top bij de grootste talenten was wel een ding voor mij, daar werd ik voor het eerst in mijn leven echt zenuwachtig van.”

Volgens De Fockert was prestatiedruk toentertijd een onderbelicht onderwerp. “Dat was iets dat je tegen niemand zei, dus ik hield een soort masker op. Het beeld was gewoon zo: je speelt bij Feyenoord, een plek waar duizenden kinderen willen spelen en als je die kans krijgt moet je daar trots op zijn en alles geven. Praten over spanning en zenuwen was helemaal niet aan de orde, dus daardoor had ik zelf weleens het idee dat ik gek was. Ik stopte het weg, maar kwam er later in mijn carrière pas achter dat andere jongens dat ook zo gevoeld hebben.”

Hoewel De Fockert ervan droomde om De Kuip te halen, beangstigde het gevoel van spelen voor 50.000 supporters hem ergens wel. “Dat was best wel paradoxaal. Ik deed er mijn hele jeugd alles aan om De Kuip te halen, maar door alle stress die ik in die tijd al ervaarde dacht ik ook vaak: tering man, wat als ik daar straks sta?” Toch kijkt de doelman met plezier terug naar zijn tijd op Varkenoord. “Al die jaren bij Feyenoord zijn extreem waardevol geweest voor mij als persoon. Het had misschien een rauw randje, maar ik heb het enorm naar mijn zin gehad.”

Gevraagd naar zijn beste teamgenoten in de jeugdopleiding bij Feyenoord weet De Fockert razendsnel een aantal namen op te sommen. “Rick Karsdorp was supergoed, maar Tonny Vilhena was wel echt de beste. En Nathan Aké is natuurlijk ook wel aardig opgedroogd.” Of jongens als Vilhena op mentaal vlak sterker waren dan hijzelf? “Misschien wel, maar ons hele uitgangspunt was anders. Ik kwam uit een veilig nest met financiële zekerheid. Voor mij was het leuk als ik profvoetballer zou worden, maar absoluut geen noodzaak. Tonny heeft misschien gedacht: ik moet het maken, want dan kan ik mijn familie een beter leven geven. Dat brengt natuurlijk een zware druk met zich mee, maar ook een bepaalde wilskracht. Dat was aan zijn spel ook echt te zien.”

Vooral zijn laatste jaar bij Feyenoord blijft een mooie herinnering voor De Fockert. “In de A1 hadden we een leuk team dat ook nog eens presteerde. Zelf mocht ik regelmatig meetrainen bij het eerste, waar Ronald Koeman destijds trainer was. Op trainingen met spelers als Graziano Pellè, Stefan de Vrij, Bruno Martins Indi en Daryl Janmaat wist ik mij redelijk staande te houden. Ik keepte met zelfvertrouwen en werd daardoor ook voor het eerst geselecteerd voor een jeugdelftal van Oranje. Dat was met afstand mijn mooiste periode bij Feyenoord.”

De Fockert keepte uiteindelijk jeugdinterlands voor Nederland Onder 19, Nederland Onder 20 en Jong Oranje. Ook daar kwam extra druk bij kijken. “Hoewel ik in die tijd best veel vertrouwen had in mijn kwaliteiten, moet ik zeggen dat ik van de wedstrijden zelf nooit echt heb genoten. Puur door alle druk en spanning die daarbij kwam kijken. Achteraf was ik er wel trots op dat ik voor Oranje mocht spelen, vooral wanneer het goed was gegaan, maar die spanning in aanloop naar zo’n wedstrijd was af en toe vreselijk.”

Als keeper ben je misschien wel het meest kwetsbare lid binnen een elftal, maar De Fockert denkt niet dat zijn positie voor extra druk heeft gezorgd. “Ook als keeper kun je daar een bepaalde modus in vinden. Ik denk dat het gewoon heel erg ligt aan de persoon die je bent. Ik heb namelijk ook veldspelers gezien die het helemaal kwijt waren nadat ze twee ballen hadden ingeleverd. De druk is misschien anders, maar de manier waarop je daarmee omgaat speelt de grootste factor. Al ben ik zelf ook geen psycholoog hoor!”

De Fockert voorafgaand aan een oefeninterland van een vrij succesvolle lichting van Jong Oranje.

Zo’n tien jaar geleden kreeg De Fockert te horen dat hij Feyenoord moest verlaten. De goalie maakt nog altijd gebruik van de belangrijkste les die hij in Rotterdam-Zuid heeft geleerd. “Dat je je eigen boontjes moet doppen, niets komt vanzelf. Als je ervoor zorgt dat je je zaken goed op orde hebt en doet wat je moet doen, bereik je uiteindelijk het meest. Je moet zelf de verantwoordelijkheid nemen voor je ontwikkeling en zorgen dat je afspraken nakomt. Als je dat niet doet, zitten daar vaak consequenties aan. Dat is ook hoe het in het leven buiten voetbal om werkt.”

De Fockert vond het jammer om Feyenoord te verlaten, maar richtte zich strijdvaardig op een profcarrière elders. “Het was niet zo dat de clubs in de rij stonden, maar ik had bij Feyenoord en Oranje wel een bepaalde potentie laten zien. Uiteindelijk werden Vitesse en sc Heerenveen concreet. Toen heb ik gekozen voor een traject in Heerenveen waarbij ik als derde keeper binnenkwam, om vervolgens verder te groeien. Achteraf gezien vind ik dat nog steeds een goede keuze. Ik heb bij veel Eredivisie-wedstrijden op de bank gezeten en heb bij Jong Heerenveen enorm veel potjes kunnen keepen in de beloftencompetitie op maandagavond.”

Uiteindelijk kozen Heerenveen en De Fockert ervoor dat de doelman op huurbasis minuten zou gaan maken in de Jupiler League (inmiddels Keuken Kampioen Divisie). Hij kon kiezen uit meerdere clubs, waaronder Almere City, Helmond Sport, MVV en VVV-Venlo. Laatstgenoemde was de meest ambitieuze club, daar de Limburgers duidelijk uitspraken vol voor het kampioenschap te gaan. Bij VVV begon De Fockert als eerste keeper, maar de keuze voor Venlo pakte persoonlijk uiteindelijk verkeerd uit.

“Ik had in die tijd beter iets lager kunnen instappen”, denkt De Fockert terug. “Beginnen bij een middenmoter, wennen aan het profvoetbal, om vervolgens de volgende stap te zetten. Zeker omdat ik destijds ook last had van die prestatiedruk. Die tijd heb ik mezelf niet gegund. Ik dacht dat ik het wel zou redden bij VVV en een jaar later in de Eredivisie zou keepen. Wat dat betreft vind ik het pad dat Nick Olij heeft bewandeld perfect. Hij heeft echt de tijd genomen en is stap voor stap uitgegroeid tot een uitstekende Eredivisie-keeper.”

Bij VVV kreeg De Fockert te maken met toenmalig trainer Maurice Steijn, die een andere werkwijze toepaste dan hij gewend was. “Bij Heerenveen was ik gewend dat de positieve dingen werden benadrukt, terwijl er bij VVV vooral werd gehamerd op de punten die beter moesten. Ik had in die tijd vooral bevestiging nodig, maar kwam door de manier van werken onder hoogspanning te staan. De eerste elf wedstrijden gingen redelijk. We stonden op een promotieplek en hadden vier keer de nul gehouden. Nadat ik een serieuze ketser had gemaakt in een thuiswedstrijd tegen FC Den Bosch (3-1 winst), volgde een bekerwedstrijd waarin Delano van Crooij de kans kreeg. Dat duel verloren we van NAC Breda (2-1), waardoor ik de knop wel weer kon omzetten.”

De Fockert was klaar om zichzelf weer te laten zien, maar een dag later volgde een vervelende mededeling. “Maurice riep mij naar zijn kantoor, waar hij vertelde dat hij met Delano zou verdergaan als eerste keeper. Ze vonden hem op dat moment beter, dus ik kon gaan zitten. Dat was de eerste echte klap in mijn carrière”, aldus De Fockert. “Dat was zo’n deuk in mijn vertrouwen, die ik eigenlijk de rest van mijn tijd als prof niet meer te boven ben gekomen.”

“Dat terugvinden van zelfvertrouwen en het opstaan na tegenslagen is gewoon niet meer gelukt”, zegt De Fockert openhartig. “Verder sprak ik wel met een sportpsycholoog, maar op dat moment hield ik alsnog het beeld intact dat het wel weer goed zou komen, terwijl ik diep van binnen dacht dat ik te slecht was. Echt eerlijk was ik nooit. Als ik iets anders had kunnen doen, had ik gehoopt dat ik daar eerlijker over kon zijn. Opener naar anderen, maar ook naar mezelf.”

De Fockert belandde na een redelijke start toch weer op de bank bij VVV.

Als reservedoelman van VVV wordt De Fockert nog wel kampioen in de Jupiler League, maar Heerenveen verlengt zijn aflopende verbintenis niet. In de jaren die volgen staat hij onder contract bij Go Ahead Eagles en Excelsior. De Fockert slaagt er niet meer in om de onbetwiste nummer één te worden. “Op persoonlijk vlak waren die jaren op de bank wel oké, want ik heb er heel goede vrienden aan overgehouden. Maar op sportief vlak kwam ik in een rare spagaat terecht, ook door die deuk die ik had opgelopen bij VVV. Ergens wilde ik nog steeds die jongen zijn die er alles voor deed om te slagen, maar in mijn hoofd was ik er helemaal niet klaar voor om het bij een club heel goed te doen. De echte wil was verdwenen.”

In Kralingen denkt De Fockert voor het eerst aan stoppen. “Dat moment weet ik nog goed, dat was tijdens het coronajaar met Excelsior. Eigenlijk was alles een beetje een sleur geworden. In mijn hoofd was het iedere dag een tweestrijd tussen een stemmetje die het allemaal wel prima vond als reserve en een stemmetje die echt nog wilde slagen als eerste keeper. Vooral in mijn laatste seizoen kostte het gewoon heel veel moeite om met plezier het veld op te gaan. Ik ben een prima keeper als ik er honderd procent voor ga, maar als dat gif weg is, is dat misschien ook wel zichtbaar.”

De Fockert stond ervoor open om nog even door te gaan bij Excelsior, tot de club na lang wachten en bepaalde beloftes toch een ander besluit nam. Een nieuwe contractaanbieding bleef daardoor uit. “Gevoelsmatig ben ik toen wel een beetje genaaid. Aan de andere kant was de club bezig met een reorganisatie na een aantal slechte jaren, dus wellicht was een schone lei daarvoor nodig. Na Excelsior had ik twee opties: bij Helmond Sport zagen ze een eerste keeper in mij, terwijl Fortuna Sittard naar een ervaren derde doelman zocht.” Tijdens een proefperiode bij Helmond hakte De Fockert de knoop door.

“Onderweg naar Helmond voelde het al niet oké”, weet De Fockert nog. “Ik wilde daar niet zijn. Ik had er geen zin meer in om telkens op en neer naar Brabant te pendelen en regelmatig in hotels te slapen. De wil om te slagen in het profvoetbal was afgegleden in mijn leven. Mentaal kon ik die knop niet meer omdraaien om er nog een laatste keer voor te gaan. Eigenlijk is het een rare gedachte om het toch nog ergens te proberen, terwijl je in je hoofd al weet dat je er niet meer klaar voor bent. Dat gevoel werd zo hevig dat ik na de tweede dag rationeel nadacht: ga ik hier gelukkig van worden? Het antwoord was nee, dus toen heb ik besloten om een keer echt naar mijn gevoel te luisteren. Ik heb de stekker eruit getrokken en besloten iets anders te gaan doen.”

Voor zijn omgeving was het besluit van De Fockert een verrassing, daar de doelman zich nooit met een serieuze toon had uitgesproken over de gedachte om te stoppen. “Iedereen reageerde vol support, maar niemand zag het aankomen. Mijn vriendin was ook wel geschokt. Ze vroeg zich af waarom ik haar niet in het hele proces had betrokken. Dat snap ik heel goed en daar heb ik mijn excuses ook voor aangeboden. Uiteindelijk ben ik blij dat ik naar mezelf heb geluisterd, al was het destijds wel een abrupt einde.”

Ook op financieel vlak was het een spannende tijd voor de dan 26-jarige De Fockert. “Sommige voetballers die stoppen hoeven niets meer te doen, maar als je een carrière hebt gehad zoals die van mij heb je je schaapjes nog niet op het droge voor de komende vijftien jaar. Ik vond het vooral belangrijk om iets te gaan doen waar ik gelukkig van werd, want met voetbal lukte dat niet meer. Ik dacht: ik vind wel een manier om aan mijn centen te komen en carrière te maken. Achteraf gezien is dat makkelijker gezegd omdat het nu goed gaat, maar eigenlijk is het nog steeds een hele aparte, leuke en soms ook moeilijke zoektocht.”

In zijn profcarrière keepte De Fockert uiteindelijk 23 officiële wedstrijden in het betaald voetbal. “Dat hadden er wel wat meer mogen zijn, verdomme”, reageert de doelman met een gezonde laag zelfspot wanneer hij het aantal hoort. Dat element keert bijna wekelijks terug in de Cor Potcast, waarin hij met Sparta-verdediger Vriends en voormalig prof Verhaar hun luisteraars vermaakt. De razendpopulaire podcast is nu een van de dagelijkse bezigheden van De Fockert. “Daar hebben we ontzettend veel tijd in gestoken en ik ben trots op wat we bereikt hebben.”

Als keeper van Excelsior startte De Fockert samen met vrienden Thomas Verhaar en Bart Vriends de Cor Potcast op.

Verder wordt de Fockert van veel dingen enthousiast. “De ene keer wil ik docent zijn, dan weer journalist en vervolgens wil ik weer andere dingen ondernemen. Zo heb ik meegekeken bij een bedrijf dat voetbal wil gebruiken voor sociale ontwikkeling en een half jaar een baan gehad in de podcastwereld, waarbij ik de verbindende schakel was tussen de makers en de salesafdeling. Beide vond ik heel leuk en leerzaam, maar toch wilde ik verder kijken.”

De Fockert zijn focus ligt voor een deel weer bij de Open Universiteit. “Sinds de zomer van 2022 voetbal ik weer, bij SteDoCo, waar je een leuk zakcentje verdient. Ook de podcast begint serieuze vormen aan te nemen. Daardoor heb ik het besluit kunnen nemen om een beetje de rem in te trappen en verder te gaan aan mijn studie Algemene Cultuurwetenschappen, waarmee ik al relatief vergevorderd was. Over twee jaar hoop ik dit afgerond te hebben en dan zie ik wel weer wat er op mijn pad komt. Ik vind verschillende dingen interessant, dus dat komt zeker goed.”

Of De Fockert gelukkiger is nu hij geen betaald voetbal meer speelt? “Dat vind ik een moeilijke vraag! Ik ben vier maanden op reis geweest met mijn vriendin. Iets dat als voetballer nooit kon en dat had ik voor geen goud willen missen. Maar aan de andere kant is dat laatste jaar bij Feyenoord en die twee jaar in Heerenveen de gelukkigste periode in mijn leven geweest, toen ik echt als een soort monnik voor mijn sport leefde. Een jonge gretige hond met grote dromen, die tunnelvisie was toen lekker, dat had ook wel iets moois. Al ben ik vergeleken met de laatste jaren van mijn profcarrière nu wel gelukkiger.”

Bij SteDoCo heeft De Fockert het helemaal naar zijn zin. “Ik ben ontzettend blij dat ik weer ben gaan voetballen, omdat ik toch met een kleine nasmaak afscheid nam van de sport. Dat plezier heb ik echt helemaal teruggevonden. Qua prestatiedruk is het een hele andere wereld. Ik verwacht nog steeds veel van mezelf en wil belangrijk zijn voor het team, maar de echte zwaarte is ervanaf. Misschien dat het daardoor ook goed gaat momenteel. Ik ben weer een voetballiefhebber zoals ik dat vroeger was. Daar heb ik lang naar moeten zoeken.”

Met SteDoCo staat De Fockert momenteel bovenaan in de Derde Divisie.

Inmiddels kennen meer mensen De Fockert van de Cor Potcast dan van zijn keeperskwaliteiten. Daar kan de sluitpost wel mee leven. “Ik ben het gewend ondertussen, ergens vind ik het ook wel grappig. Ik denk dat die realisatie vorig jaar een keer kwam. Dat ondanks dat ik het profvoetbal heb gehaald, ik nu succesvoller ben met een podcast. Verder is het alleen maar leuk dat het nu zo goed gaat.”

Steeds vaker proberen voetballers een podcast op te zetten. Ook grote namen wagen tegenwoordig een poging. Lang niet alle podcasts scoren zo goed als de Cor Potcast, gepresenteerd door drie namen die allen niet veel verder zijn gereikt dan het Rotterdamse profvoetbal. Maar wat is het geheim van deze podcast?

“We zijn al vrij lang en met veel toewijding bezig aan de Cor Potcast en behandelen het echt als ons kindje”, aldus De Fockert. “Daarnaast hebben we het geluk dat we alle drie verschillend zijn. Bart is een mediajunkie, met een master Journalistiek, die gewoon oog heeft voor wat scoort en daarnaast goed kan presenteren. Zelf vind ik het in de podcast makkelijk om mezelf kwetsbaar op te stellen en goudeerlijk te zijn, ook als dat soms een beetje lullig overkomt. En Thomas heeft gewoon een hoop gekke ideeën, humor en kan voor verrassingen zorgen. Dat is allemaal best wel complementair aan elkaar en daardoor is het niet eentonig.”

Zijn absolute podcasthoogtepunt tot dusver? “We hebben afgelopen zomer in het Nieuwe Luxor gestaan in Rotterdam. Stijf uitverkocht. Dat had ik nooit verwacht! Die hele avond was voor ons geweldig. Persoonlijk zelfs het vetste wat ik ooit in mijn leven heb gedaan.” Toch wil De Fockert ook een specifieke podcast noemen. “Die met Mark van Bommel. We mochten een avond met hem doorbrengen in een hotel in Antwerpen. Dat was zo’n aardige gast. Soms is het moeilijk om met grote namen een gelijkwaardig gesprek te voeren, maar met hem verliep alles soepel. Ook na de podcast hebben we nog uren naar zijn toffe voetbalverhalen geluisterd. Een gruwelijke avond.”

De Fockert heeft nog een aantal droomgasten op zijn lijstje staan. “Frenkie de Jong, Arne Slot en Robin van Persie. Als we die kunnen spreken ben ik echt content. Zij hebben alle drie, op hun eigen manier, een fascinerend verhaal. Het zou geweldig zijn als ze eens willen aanschuiven.”

Ondertussen staat het volgende hoogtepunt alweer voor de deur. In mei staat het podcasttrio opnieuw in het Nieuwe Luxor Theater met een heuse EK-special. Ditmaal zelfs twee avonden. “Ik vind het heel moeilijk om mensen op te roepen om te komen en de avond van hun leven te beloven, maar wat ik wel kan zeggen is dat we er alles aan doen om weer iets moois neer te zetten, op onze eigen manier”, aldus De Fockert.

Meer nieuws

1
2

Meer sportnieuws

From Sergiño, to you | PSV
Reacties

Toch nog iemand die reageert Fockert! Zonder gekheid, prettige, slimme gast, die vooral zo door moet gaan met de Corpotcast.

Spaar deze altijd allemaal op voor de vakanties.
Van de zomer naar de provence heel vorig seizoen geluisterd.
Baalde dat het op was en ik nog ff moest rijden.
Vorige week met wintersport ook die van afgelopen half jaar geluisterd.

Geluid kan soms wat beter, dan wordt er niet genoeg in de microfoon gepraat.

Maar vind het verder heerlijk en nog puur en je merkt dat het slimmere jongens met zelfspot zijn.

13 januari 2024 om 14:53

Kersteditie met de keepers was fantastisch.

13 januari 2024 om 15:11

Geluisterd. Had toevallig meer van gehoopt en van de dochters moest die op gegeven moment weer op Harry Potter 😉
Ben gestraft omdat ik perse geen iPads mee wilde op vakantie voor hun.

Vond die met van Bommel, Vincent Janssen en ook Sander Schimmelpenninck top.

14 januari 2024 om 12:49

De (luister)boeken van Harry Potter zijn anders ook steengoed! Beetje afwisseling kan geen kwaad toch

Leuk en openhartig artikel. Veel succes Maarten.

Goed artikel. Dit soort verhalen hebben we vaker nodig om de gekte van die voetbalwereld wat meer te relativeren. Deze redacteur heeft wel vaker oog voor dit aspect van omgaan met prestatiedruk is mij gebleken. Ga zo door !

Als vaste luisteraar van de corpotcast vooral benieuwd of zijn stem nog is overgeslagen tijdens het interview..

Ik luister altijd en hij lijkt me iemand die overal over nadenkt. Dat lijkt me in het profvoetbal niet echt prettig, want dan ga je het niet redden volgens mij. Zoals bij hem ook gebeurde...
Lekker studeren en iets gaan doen wat je leuk vindt! Nog jong genoeg voor

Reageer

Je kunt niet reageren op oude documenten.

X

Inloggen op Voetbalzone

Leuk dat je actief wilt zijn op de grootste voetbal community van Nederland. Voor alle mogelijkheden lees je onze FAQ.

Gebruikersnaam
Wachtwoord
 
Wachtwoord vergeten?
Registreren